Fenylethylamine (FEA) is een natuurlijk hormoon van onze hersenen. De depressiebestrijdende werking van chocolade is te danken aan de kleine hoeveelheid FEA die in chocolade te vinden is. De hoeveelheden FEA in de hersenen van verliefde personen is hoger. Men zegt dan ook dat de stof verantwoordelijk is voor de 'liefde op het eerste gezicht'!
Na een intensieve inspanning neemt de hoeveelheid FEA ook toe. Vandaar dat sport een gunstige invloed heeft op ons geestelijk welzijn.
Bij 60% van de depressieve mensen wordt een tekort geconstateerd aan FEA. Een supplementinname van FEA zorgt bij 60% van de personen met depressieve klachten voor een verbetering.
Verslaafd aan chocolade
Bijna 14% van de mannen en 25% van de vrouwen doet zich een dwangmatige trek in chocolade voor. Deze dwangmatige trek wordt door sommige auteurs toegeschreven aan drie stoffen, die allen bekend staan om hun opwekkende effect voor ons mentale vermogen: theobromine, cafeïne en fenylethylamine. Er is een onderzoek dat aantoont dat het verlangen naar chocolade niet alleen ontstaat door de smaak, de geur en de textuur van chocolade, maar ook door het gevoel van welzijn dat ontstaat na het eten van chocolade.
Chocolade heeft een serieuze, vermaarde reputatie als het gaat om de antidepressieve werking. Het zou zelfs het effect van verliefdheid kunnen nabootsen.
De Azteken schreven aan chocolade al stimulerende en lustopwekkende eigenschappen toe. We moeten hierbij wel opmerken dat hun drankjes eveneens een grote hoeveelheid pepers en kruidnagels bevatte.
De legende van de lustopwekkende werking van chocolade is van alle tijden en alle landen. In 1624 veroordeelde een Franse theoloog in een geschreven stuk de consumptie van chocolade in kloosters, omdat dit brouwsel zinnenprikkelend zou zijn. In de XVIIIe eeuw had chocolade een solide plaats verworven tussen de 'lustopwekkende spijzen' die in die tijd in zwang waren. In 1702 schreef Louis Lemery in zijn verhandeling over voeding: "De stimulerende eigenschappen van chocolade zijn in staat de hartstocht van Venus aan te wakkeren". Al in de XVIIe eeuw was men overtuigd van de antidepressieve werking van chocolade.
Het was dan ook teleurstellend om te horen dat Franse onderzoekers constateerden dat chocolade te weinig fenylethylamine of andere stoffen bevat om bovenstaande effecten teweeg te brengen. Chocolade zou zelfs minder fenylethylamine bevatten dan geitenkaas! Maar ondanks dit gegeven is het eten van een matige hoeveelheid chocolade goed voor de moraal.
De drug die passie heet
Neurobiologen hebben aangetoond dat wanneer we 'op slag verliefd worden', onze hersenen een grote hoeveelheid fenylethylamine (FEA) produceren. Dit natuurlijke neurologische hormoon stimuleert de activiteit van de hersenen en zorgt voor gevoelens van euforie en extase die lijken op effecten die ontstaan na de inname van bepaalde drugs. U vindt het leven prachtig: iedereen is mooi, en u was nooit eerder zo gelukkig en veerkrachtig!
FEA vermindert de eetlust en zorgt voor een bepaalde mate van hyperactiviteit.
Maar daar blijft het niet bij. Het zorgt ervoor dat er dopamine vrijkomt, een neurotransmitter die inwerkt op verschillende fysieke en fysiologische processen. Dopamine is nauw verbonden met het limbisch systeem, het gebied in de hersenen waarin de emoties en de vitale functies zoals honger, dorst en seksualiteit zetelen.
De passie zou dan ook het resultaat zijn van een verzadiging van de hersenen, die een overvloed aan fenylethylamine en andere natuurlijke stimulerende stoffen te verwerken krijgen. Deze stoffen beïnvloeden de gevoelens, maar ook de realiteit.
Dr Hector Sabelli, onderzoeker aan het creatief ontwikkelcentrum van Chicago in Illinois (USA), zegt hierover: "Ik geloof dat FEA het hormoon van de liefde zou kunnen zijn, al bestaat er alleen indirect bewijs voor."
De onderzoeken van Sabelli tonen aan dat hogere FEA-waarden een sterker libido zouden kunnen verklaren, evenals de seksuele activiteit in de obsessieve fase van een manisch-depressieve patiënt. Lage FEA-gehaltes zouden daarentegen gepaard gaan met de fase van een afnemend libido voorafgaand aan een depressie.
Het depressiebestrijdende effect van lichamelijke inspanning zou ook te danken zijn aan fenylethylamine.
Er bestaat consensus over het feit dat fysieke inspanning een depressiebestrijdende werking heeft. Er zijn artsen die
1 lichamelijke inspanning aanbevelen ter behandeling van lichte depressies, of als aanvulling op een behandeling met medicijnen en/of psychotherapie in het geval van een zware depressie.
Een team van wetenschappers van de universiteit Trent Nottingham
1 in het Verenigd Koninkrijk heeft onlangs de eerste resultaten getoond van hun onderzoek. Deze resultaten lijken te suggereren dat een gematigde vorm van fysieke inspanning de niveaus van FEA bij de meeste mensen verhoogt. Men denkt dat de toename van FEA zorgt voor de welbekende 'Runners High'. In dit onderzoek lieten de wetenschappers twintig jonge mannen aan sport doen. Na elke training (gematigd tot intensief) werd de concentratie fenylazijnzuur gemeten, een derivaat van fenylethylamine. De resultaten waren overduidelijk: De concentratie fenylazijnzuur na de training was gemiddeld gestegen met 77%, met grote onderlinge verschillen per persoon, hetgeen lijkt aan te tonen dat hun lichaam fenylethylamine had aangemaakt.
Het zou een verklaring kunnen zijn voor het feit dat depressieve personen met een laag FEA-gehalte baat kunnen hebben bij lichamelijke inspanning. Onderzoekers hopen dat deze gegevens meer artsen zal aanzetten tot het voorschrijven van lichamelijke activiteiten tijdens een lichte depressie, of als aanvulling op een behandeling met medicijnen.
60% van de mensen met een depressie heeft een laag FEA-gehalte
Twintig jaar geleden heeft men aangetoond dat de hersenen van depressieve personen veel minder FEA bevatten dan de hersenen van een niet-depressieve persoon.
Uit de literatuur blijkt dat FEA kan werken als neurologische modulator voor de aminergische synapsen en dat het de energie stimuleert, het de moraal verbetert en de agressie stimuleert.
De levensduur van fenylethylamine is zeer kort, terwijl in biologische vloeistoffen de gehaltes van fenylazijnzuur (een stofwisselingsproduct van fenylethylamine) veel hoger zijn. Om die reden denkt men dat de uitscheiding van PAA (fenylazijnzuur) een betere meetwaarde is dan fenylethylamine als het gaat om de meting van de modulerende effect van laastgenoemde stof. Het zou zelfs een marker kunnen zijn voor depressies.
Zo heeft men het PAA-gehalte in het plasma en in de urine gemeten
3bij depressieve personen en manisch-depressieve personen. Ook werd het effect gemeten van FEA, de voorloper van fenylalanine op het humeur van de proefpersonen. De gemiddelde concentratie FEA in het plasma werd gemeten bij 12 gezonde vrijwilligers en bij 23 patiënten met een ernstige depressie die geen behandeling met medicijnen ondergingen. Bij 48 gezonde vrijwilligers en 144 patiënten met een ernstige depressie werd het gehalte aan FEA in de urine gemeten. De resultaten lijken aan te tonen dat het gehalte van FEA in de urine en in het plasma een marker kan zijn voor een depressie. Bovendien had de inname van fenylalanine het geestelijke welzijn verbeterd bij 31 van de 40 depressieve patiënten.
Andere onderzoeken
4hebben de gehaltes aan PAA in de urine vergeleken van 39 patiënten met een ernstige depressie met die van 32 gezonde personen. De waarden bij de zieke proefpersonen bleken veel lager te liggen dan die van de gezonde controlegroep.
Een wetenschapsblad dat een onderzoek bespreekt met betrekking tot de meting van de uitscheiding van fenylazijnzuur bij 200 patiënten, toont aan dat de PAA-waarden in de urine van 60% van de patiënten met een depressie of schizofrenie lager liggen dan normaal.
De toediening van FEA of van zijn voorloper L-fenylalanine verbetert het humeur van patiënten met een selectieve remmer van monoamino-oxidase B.
60% van de depressies onder controle met FEA
Net als andere antidepressiva zoals Prozac, zou men met FEA 60% van de depressies onder controle kunnen houden, maar dan met veel minder bijwerkingen.
De toediening van fenylethylamine of van een van de voorlopers ervan, L-fenylalanine, gecombineerd met selegiline, zorgt ervoor dat de klachten van de depressie minder worden en het humeur even snel verbetert als met de inname van amfetamines. Het bezorgt de patiënt echter geen bijwerkingen.
Deze effecten
5 zijn eveneens constant en duidelijk aanwezig bij patiënten die ongevoelig zijn voor de conventionele behandelingen.
Veertien patiënten
6met ernstige depressieve episodes die reageerden op een behandeling met FEA (10 tot 60 mg per dag, oraal toegediend in combinatie met 10 mg selegiline om de afbraak ervan te voorkomen), werden 20 tot 50 weken later opnieuw onderzocht. Bij twaalf van de veertien patiënten bleef de antidepressieve werking aanhouden. Er waren duidelijke bijwerkingen.
Verschillende voordelen ten opzichte van de gebruikelijke middelen
FEA heeft ten opzichte van de gebruikelijke middelen vier voordelen:
- FEA werkt zeer snel. Het is eerder een kwestie van uren, in plaats van weken. Voor de behandeling van een depressie zou dit zeer zinvol zijn, aangezien dit het onvermogen om te werken kan terugdringen, de duur van de behandeling kan inkorten en het aantal zelfmoorden kan verminderen.
- FEA heeft nauwelijks bijwerkingen en is niet toxisch. De hoeveelheid selegiline die wordt toegediend in combinatie met FEA is zeer laag. De dosering komt overeen met de hoeveelheden die worden toegediend aan ouderen met Parkinson om de progressie van deze ziekte te verminderen.
- FEA werkt doeltreffend bij verschillende soorten depressies die niet goed reageren op de standaard antidepressiva. De standaard farmacologische werkstoffen zijn echter wel effectief voor de behandeling van depressies die niet reageren op fenylethylamine.
- FEA herstelt de balans van het neurologische hormoon waaraan het lichaam een tekort heeft. Het kan doeltreffender zijn en heeft mogelijk minder toxische bijwerkingen op de langere termijn dan een medicijn met een complexere, indirecte werking.
Al deze factoren zorgen er zeker niet voor dat alle soorten depressies met FEA behandeld zouden kunnen worden. Het is echter een snel werkende stof en het kan langere periodes gebruikt worden zonder vervelende bijwerkingen, zoals gewichtstoename, remming van de seksuele behoeften of andere bijwerkingen die men vaak tegenkomt bij de reguliere antidepressiva. De stof zou kunnen worden ingezet als belangrijkste behandeling.
Omdat het een ziekte is die een leven lang duurt, is het belangrijk hier te benadrukken dat FEA zeer goed werkt bij patiënten met een bipolaire aandoening.
Referenties:
1 Mutrie N “The relationship between physical activity and clinically defined depression”. In Biddle S, Fox K, Boutcher S, eds. Physical activity and psychological well-being. London: Routledge, 2000:46-62.
2 Szabo A, “Phenylethylamine, a possible link to antidepressant effects of exercises?” British Journal of Sports Medicine, 2001; 35: 342-3.
3 Sabelli HC et al. « Clinical studies on the phenylethylamine hypothasis of affective disorder : urine and blood phenylacetic and phenylalanine dietary supplements. »,J. Clin Psychiatry, 1986 Feb.; 47(2): 66-70.
4 Gonzales-Sastre F. et al. « Urinary phenylacetic acid excretion in depressive patients. » Acta Psychiatr Scand 1988 Aug; 78 (2): 208-10.
5 Sabelli H et al. « Phényletylamine modulation of affect : therapeutic and diagnostic implications ». J. Neuropsychiatry Clin. Neurosci. 1995;7: 6-14.
6 Sabelli H. et al «Sustained antidepressant effect of PEA replacement.» J. Neuropsychiatry Clin Neurosc, 1996 spr. 8 : 2, 168-71.